De meest gehoorde opmerkingen van mensen die bij mij komen zijn:
- Wat heb je toch een fijne ruimte
- Wat fijn dat we ook kunnen lachen
- Je bent zo lief
- Het lijkt zo makkelijk
- Je kunt zo veel kanten op
- Ik voel me gelijk al veel lichter
- Alles mag er bij jou zijn
Het is inderdaad soms een beetje gek, bij mij in therapie. Misschien komt het omdat ik zelf heel gevoelig ben voor sferen en ruimten, dat dat het eerste is waar ik mijzelf in ieder geval fijn in moet voelen. En mijn kamertje in het Augustinus klooster is zo fijn dat ik het naar huis gaan, soms even nog uitstel en lekker blijf cocoonen in de heerlijke energie.
Maar het staat er inderdaad al heel vol, met alles wat ik in de loop der jaren heb verzameld aan boeken, spullen en spulletjes om mijn sessie mee in te vullen mocht dat nodig zijn.
Ik heb zelf al heel wat jaren geleden alweer, een aantal alternatieve en reguliere therapie trajecten doorlopen om mijn chronische spanning, angsten en vermoeidheid aan te pakken.
Ik heb er heel veel van geleerd. Maar ik werd pas echt beter toen ik leerde hoe het brein werkte en mijn brein mijn trauma’s kon verwerken.
En het brein wil niet in therapie.
Zodra het brein argwaan krijgt dat er wat moet, dan gebeurt er… niets.
Het brein is heel geleerd en alles wat het heeft geleerd daar houdt het brein met alle macht aan vast, bijna alsof zijn leven er van afhangt en dat doet het ook. Het brein wil koste wat kost altijd overleven. En daar mogen wij hem heel dankbaar voor zijn.
Keerzijde is, dat we daardoor continue het gevoel hebben “aan” te staan en we om het minste of geringste, stress reacties kunnen ervaren. Het is heel vermoeiend.
Hoe krijgen we het brein zover dat het niet meer in de “overdrive” hoeft te gaan?
Voor het gemak behandel ik het brein even alsof het “los” van jou staat. Ten eerste wil het brein zich niet in gevaar voelen. Met de ogen scant het de omgeving en de mensen in de omgeving en als het er mee door kan dan is het ok en is het neutraal. Dan is er pas toegang.
Het brein wil niet gestuurd worden. Om bij de (trauma) inhoud van het brein te komen, moet dat vanuit jouzelf komen en niet vanuit de begeleider of therapeut. Deze kan jou wel naar de inhoud begeleiden door vragen te stellen, te faciliteren en alles te laten zijn in het moment.
En het brein is heel speels, nieuwsgierig en wil altijd leren. Daarom gebruik ik soms emotiekaarten, opstellingspoppetjes, doe ik een oefening, of iets anders om het brein af te leiden, om het lichter te laten voelen en we toch een verschuiving kunnen aanbrengen in de trauma-inhoud.
En last but not least, de beste toegang tot het brein is het lichaam. Verandert er iets in een (ontspannen) lichaam, dan is het brein er als de kippen bij om dat via de zwervende zenuw, de nervus vagus, te scannen en als neurofeedback weer door te geven aan het brein. Het brein leert hier weer van en slaat dit weer in het hier en nu op. Je brein wordt zo weer congruent met het nu.
Al het gevaar is geweken en alles ligt in het verleden. Nu is er rust en ontspanning.
Als begeleider ben ik zelf rustig, geaard, bij mijzelf en bij jou en kan ik jouw brein en zenuwstelsel helpen door te co-reguleren. Dat het bij mij kan afkijken en afstemmen. Dit gaat ongemerkt en is zonder woorden en dit is de beste “interventie” die ik voor jou kan doen.
Lichaamswerk gebruik ik dus het meeste om toegang te krijgen tot het brein om daar een verschuiving in de trauma-inhoud te bewerkstelligen.
En het mooie daar van is, dat dat niet voelt als therapie. En daar houdt het brein weer van.